al mijn leven lang heb ik het moeilijk met mensen emotioneel laten gaan. ik stel me voor, fantaseer, verlang, mis en verkies altijd drama boven heling.
jij, lachend op de basisschool.
jij, liggend op bed in deventer.
jij, ver weg in halle.
jij, aan ons diner in antwerpen.
jij, voetballend in lunetten.
jij, genietend van muziek in ekko.
ik laat niemand echt gaan en hou iedereen krampachtig vast in mijn hart, terwijl die grip gebaseerd is op niets meer dan een overblijfsel van herinneringen. sentimenteel, noemen ze dat ook wel, geloof ik. als het kon, zou ik mijn herinneringen het liefst allemaal uitprinten op film en achter elkaar afspelen, als een hele lange film in een verlaten bioscoop.
jarenlang heb ik het zo gedaan, of beter gezegd volgehouden. dit voelt nu als een breekpunt, als de coach van een olympische sporter die roept, “het is nu of nooit!”. lijden of loslaten. maar wat nu als ik helemaal niet wil loslaten? van wie zal ik dan houden? het is tijd om te gaan zoeken. naar het begin, naar het waarom en naar een weg om het te kanaliseren. waar een wil is, is een weg. welke weg wordt de mijne?