zondag 13 december 2015

ik sloot mijn ogen
haalde diep adem
voelde de wind
deed ze weer open
keek naar de zee
volgde de golven
en alles werd beter.


vrijdag 27 november 2015

ik denk vaak dat zij de enige zal zijn. ooit de enige. iets met een lange tijd, geen leven zonder haar en ook iets met kinderen. dit is zo eng. ik kan het me alleen bij haar voorstellen, bij niemand anders. misschien weet ik niet beter, wie weet. ik weet dat ik dit niet zou moeten denken. alsof dit ooit iets zou worden. alsof. dit is niet leuk meer en ik ben het zat.

wanneer zou het over zijn?
als ik haar heb gezien?
als ze me afwijst?
nog een keer?
als ik haar heb gekust?

ik wil dat alles zal gebeuren, en tegelijkertijd dat niets ooit was gebeurd.

stomme liefdeskronkels.

donderdag 5 november 2015

ik sta buiten, te schuilen voor de regen en ik rook. ik wilde eigenlijk niet roken vandaag, maar nu doe ik het toch. ik kijk naar het straatlicht dat staat weerspiegeld in de plas water voor mijn voeten. een gele vlek drijvend in het niets, een oneindig stuk zwart. een angst bekruipt me en ik weet niet waarom. over haar. het duurt alweer te lang. wanneer stopt het? ik neem nog eens een hijs en voel mezelf leger worden terwijl ik overloop. te veel en te weinig tegelijk. ik denk maar ik moet niet denken. wat doe ik? ik weet het niet.

dinsdag 3 november 2015


lach tot je dood gaat
drink tot je blind bent
...
dag vogel
dag bloemen
daar ga ik.

zaterdag 31 oktober 2015

het klikt maar het is raar. en dan klikt het niet en het is raar. ik zie haar graag zo graag, maar wat betekent dat voor mij? en voor haar? is het nee of ja? iets wat geen van ons kan bepalen zeker. ze straalt als ik haar zie en ik glunder als zij mij ziet. het is een klik of meer of minder.

soms voel ik wat ze wil zeggen. kan ze voelen wat ik denk? ik ken haar zo goed en zij kent mij. ik begrijp haar als geen ander. haar hoofd, niet haar dagelijkse rituelen en dat is iets speciaals. speciaals. wat is het? ik weet het niet, benoem het maar.

ze is heel stil, en dan praat ze weer veel. ze rolt haar ogen precies zo en ze lacht zo. daarom hou ik ook zo van haar. ik volg haar en strooi glitters rond in ons gesprek. precies haar herseninhoud. ze glittert van binnen en buiten en werpt dat over op het restaurant waar we in zitten. het straalt. een aura. en verdomd.

"ik wou dat het wel echt zo was, though" doet me meer dan het zou moeten. het doet iets in me en ik weet niet wat. wat? ja, wat precies? kwestie van een ongelukkige timing is wat ik weet. is het meer? is het minder? wie weet? fuck knows. ik wil me er niet aan ophangen, maar ik doe het en ik weet niet waarom. denk er niet aan en doe wat je voelt. maar ik weet niet wat ik voel.

zaterdag 3 oktober 2015

een roering.

een naam.

een gesprek.

een foto.

een frons.

een zucht.

chemie.

een hoop.

woensdag 19 augustus 2015

drie weken nu. ik heb een eigen kamer in een flat. ik heb vier ramen, en ik zie de zon wegzakken elke dag. ik draai mijn wassen, spoel servies af, trek mijn dekbed recht. en ik drink. een glaasje op de meeste dagen. soms twee. soms rook ik, soms niet. ik durf me er niet helemaal aan over te geven. nog niet. ik doe het prima zonder jou.

soms denk ik aan je. wat je nu doet, hoe je je voelt, wat je nu denkt. soms blijf ik er in hangen, soms niet. soms ben je niet meer dan iets wat ik ooit had. soms ben je heel even alles. en dat is niet erg, ik ga toch weer verder. zonder jou, en dat is meer dan oké.

donderdag 23 juli 2015

alles was oké toen jij er was.

alles is zoveel beter nu jij er niet meer bent.

zaterdag 4 juli 2015

de woonkamer. onderuitgezakt. rode wijn.

het licht is te fel. 

ik weet niet wat ik voel of waarom. er is alleen het donker en de beat van muziek, gierend door elke vezel van mijn oren en hart, en ik geef me er aan over. ik dans. niemand ziet me, dus het geeft niet. twee wijn. ik ben aangeschoten, en sentimenteel, maar voel me dronken en verschrikkelijk. doe ik mijn ogen dicht, dan vergeet ik alles. de kamer draait en ik draai mee. ik dans op mijn stoel. alleen in mijn eentje voor alleen het scherm dat mij ziet. 

alcohol. 

er was wijn, twee glazen. 

niet zo veel, maar oh zij. ze deed iets met me, en nu is het over. klaar. ik huil mezelf in slaap. ik lach erom. ik dans ervoor. stiekem voor haar, maar meer voor mezelf. ik dans in mij alleen en niemand die het ziet. vroeg of laat moet ik over haar heen komen. is het al zo ver? ben ik er klaar voor? ik wil niet. ze heeft iets achtergelaten. de geur van haar adem, de geest van haar aanwezigheid, de tinteling van haar hand op mijn rug. niet mijn blote rug, ik heb haar nooit gezien. het mag dan wel over zijn, maar mijn hoofd schudt al 'nee' voor ik het heb gedacht. nog even niet. alleen haar gezicht, de kleur van haar haar. niets is gebleven, ik heb niets. alleen de herinnering van haar en daar dans ik op, terwijl de nacht wegglijdt, en ik mezelf uit het oog verlies.

donderdag 2 juli 2015

one slow dance, love


and i drink up bottoms
drink up bottoms
for you, babe

so wil you dive in with me, baby?
'cause you're my baby
but then i shot you down, but you're my baby
you're my baby

...
will you stay, right?
when you know that we never met, right?

dinsdag 23 juni 2015

'genoeg' denk ik, terwijl ik in mijn nieuwe stoel zit en mijn ogen dichtknijp. het is genoeg geweest.

keer op keer draaide ik om haar heen. geen woorden maar wel lachjes kwamen eruit. sorry's en all that. over en over probeerde ik er een draad aan haar ongrijpbare persoon vast te knopen, maar ze pakte hem niet. mensen horen niet alles van anderen te verwachten, zo zit de wereld niet in elkaar. niemand zal letterlijk alles voor iemand over hebben en uiteindelijk, hoe tesamen dan ook, is iedereen echt alleen. en ik ben moe.

geanimeerd geflirt. lopende gesprekken. gelach en een zachte stilte. een zon en een autorit. alles was afstandelijk en voorzichtig. durfde ze niet? of wilde ze niet? een stilte en een dip. een tweede afspraak en een afzegging. tranen, stilte en alles wat niet gezegd is.

ze was nooit echt de mijne geweest.

maandag 15 juni 2015

over onsterfelijkheid

vandaag sneed ik mezelf aan een broodmes. het was een klein sneetje waar verbazingwekkend veel bloed uit kwam, maar daar gaat het niet om. de koude straal water uit de kraan stelpte het bloeden en daarna plakte ik een pleister. nu net, er op vertrouwend dat het bloeden wel was gestopt, trok ik voorzichtig de pleister eraf en bekeek de snee nog eens aandachtig. en een onmogelijk besef sloeg me in mijn gezicht.

ons eigen lichaam is alleen zo kwetsbaar als we zelf denken als het is. onze huid lijkt afdekfolie. sterk, maar niet onmogelijk te schaden. zo is niets van ons echt onsterfelijk, alles van ons zal op een gegeven moment vergaan. onze vingers, navels, organen binnen in ons lichaam, ons haar en onze botten zullen met de tijd verdwijnen. in feite blijft er niets van ons over, behalve stof die langzaam zal wegzakken in de aarde.

maar.

het feit dat we bestaan, dat we denken, zien, voelen en weten dat we hier zijn, is iets. een ongrijpbaar iets wat niemand ooit in zijn compleetheid zal kunnen omschrijven. het zijn. de aanwezigheid en onzichtbare afdruk die we op de wereld achterlaten. deze zal nooit echt vergeten worden. niet iedereen zal onthouden wie je was, maar altijd wel iemand. mijn zusje, mijn achternicht, ik had ooit een oma, mijn bet-overgrootoma; altijd wel iemand.

niets van ons is onsterfelijk, behalve wijzelf.

zondag 7 juni 2015

alles zit in mijn hoofd en ik voel het ronddraaien. 
een eindeloze rotatie van twijfels, angsten, twijfels, angsten. 

stop. 
stop. 
genoeg. 

misschien is het maar beter zo. ik ben er klaar mee. daar ga ik spijt van krijgen. ik kan het niet. niet stoppen. wel stoppen. ik doe alsof je niet bestaat. je bent er nooit geweest. en toch ben je er. ik spiek en ik gluur en je bent er. je bent niet weg. ga weg uit mijn hoofd. 

rust. 
ik wil rust. 
geen angstrotatie. 
stop. 

voor ik gek word. voor ik in het diepe val. of lig ik dat al? voor ik mezelf uit het oog verlies. voor ik begin te drinken om twee uur 's middags in de zon. voor ik begin te roken in de achtertuin tegen een blauwe hemel aan. voor ik in cirkels wegfiets, de trein neem en niet meer terug kom voor jou, ook al stond je er in je leren jasje, in je blauwe spijkerbroek, in je volledigheid en ik was er niet.

dinsdag 2 juni 2015

“Ik hoop dat je ooit
het antwoord zult zijn,
in plaats van de vraag.”

 
dromendrinkenalsontbijt

donderdag 7 mei 2015

kronkelt

I.
ik wil je zo graag.
zien,
voelen,
proeven,
verkennen,
schuilen,
dragen,
nemen,
geven.
ik ben niet verliefd.
echt niet.
ik ben toch zo irrationeel.
ik ben niet verliefd,
nee hoor.

II.
maar stel nou, stel nou.
is dit hoe het voelt?
het gek gedreven worden van haar twee maanden niet zien?
het constante harde missen van elkaar in een sleur?
het aanstellerig zwemmen in stemmingswisselingen en onzekerheden?
het tot diep in de nacht wachten op het geruststellende woord?
het achteloos reizen door tijd zodat vier maanden net vier dagen lijken?
stel, ik voel dit.
ben ik het dan?

III.
"je bent een goede vriend om te hebben"
ik draai me om in bed en ik snik.
het is niet genoeg.
gewoon niet genoeg.
ik knijp mijn ogen stijf dicht,
probeer me een bos in te beelden.
je gezicht drijft langs.
mijn concentratie verslapt
en ik trek aan mijn haar.
ik voel niets en ik voel te veel.
ik voel alles wat ik niet wil voelen
en alles wat ik niet mag voelen.

zondag 3 mei 2015

het waait en ik loop langzaam. het voelt warm en vochtig. ik draai een rode paraplu in mijn hand, gewoon voor de zekerheid. ik passeer een perkje vol paardebloemen en een paar wilde eenden, en ik herinner me: vorig jaar deed ik ook zoiets, twee weken later. een e-mail was er, en een hoofd vol twijfels. 
ik werd gek toen,
van angsten en gedachten.
ik wil nooit meer zo zijn.
ik beloofde mezelf:
dit mag me echt
nooit meer overkomen.


dit jaar loop ik dezelfde route. niet zo bang en niet zo gek, wel de twijfels, dar wel. dat hoort erbij, vertel ik mezelf, en ik weet het ook. een ander persoon, een andere situatie. ik adem diep in en uit en loop door. ik snuif en de geur van door aarde opgezogen regen dringt mijn neus binnen. mijn vingers worden koud. ik voel me merkwaardig leeg. ik lijk in staat te zijn om honderd decibel te schreeuwen en tegelijkertijd honderd jaar meer te slapen. ik voel me anders nu.
ouder en beter,
al weet ik niet hoe. 


langzaam besluit ik mijn weg naar huis. 

de paraplu heb ik geen moment nodig gehad.

zaterdag 25 april 2015

ik zit in een trein, snel rijdend, tl-licht valt op mijn handen. buiten raast het donker aan mijn neus voorbij. woonkamers van huizen vliegen langs als vliegensvlugge schitteringen in de verte. net als haar jasje, goud met zwart.
net als haar haar, dansend op en neer.
daar was een vlotte stap,
veel stilte en een vage vermoeidheid.
een toast op het mooie weer,
en het elkaar eindelijk
na twee jaar weer zien.
een lach en een knuffel.
een trein en een traan.
gevoelens.
opluchting, contentheid, bedroefd,
gelukkig.

maandag 13 april 2015

luister er niet naar
je hoofd wordt verblind
je gedachten verdwalen
je leest wat je vermoed
je denkt wat je vreest

adem
in en uit
je begint nu
dan opnieuw
en nog een keer
over en over en over
vraag me niet waarom
doe je ogen open
hou je hart vast
wat je ziet is
alleen maar
het leven
in kleur
alles wat dit nodig had,
was één woord,
en ik dacht weer. 
gevoelens leken 
te bevriezen mid-air
en ik draaide 
geheel betrapt
weg van het licht.

ben ik genoeg?
is zij genoeg voor mij?
voelt ze genoeg?
ben ik voor haar genoeg?
is dit ooit genoeg?

ben ik 
voor haar
uberhaupt
goed genoeg?
of is dit alles
voor haar al
meer dan genoeg?

dinsdag 7 april 2015

er waren tijden dat ik geobsedeerd was door droombeelden en fantasiëen. plaatsen werden bedacht, citaten gedroomd, mensen waren illusies, en de liefde die ik zag, was er niet. niets was echt zoals het was. ik werd er hoopvol en verdrietig van, en telkens tuimelde ik in mijn eigen valkuil. ik vluchtte weg uit te realiteit in mijn hoofd. 

ik probeer nu voor een keer niets te romantiseren, voordat ik mezelf niet meer geloof en voordat ik weer verstrikt raak in het alsof. nu voel ik twijfel en angst. kan ik dit wel? kan ik dit aan? is de realiteit niet te hard voor mij, of nog erger: ben ik niet te gevoelig voor de realiteit? 
ik bedenk werelden bij mensen en maak van blunders mooie dingen. daar ben ik goed in, maar kan ik omgaan met de realiteit? ik wil ook wel over haar schrijven, maar het lukt niet.
telkens als ze  – nee.
er is iets – nee.
in haar ogen – nee.

ik loop vast en het klopt niet. ik kan die waarheid niet opmooien en ik kan er niet omheen. er is euforie, angst, radiostilte en frustratie. er is het rollen van twee ogen, het wakkerliggen voor het slapen, het wachten op haar en het eindeloze hopen op het iets.

zondag 8 maart 2015

we draaiden rond elkaar vanmiddag, een beetje als de aarde en de maan. iets aan je trekt me aan, maar ik kan niet benoemen wat. ik kijk om als je lacht. je zet me op de foto als ik niet kijk. we zakken weg in de kussens en de tijd lijkt te versnellen. 

tegenover me gaat een vrouw zitten, langs ons raast de veluwe. ik rij naar huis en ik ben bang. bang dat ik saai ben, niet genoeg ben, hét niet ben. ik ben er bang voor en ik spreek mezelf tegen. ben ik soms twaalf? ik lach alsof ik mijn eerste grap ooit hoor, maar mijn maag lijkt salto's te maken voor de grand prix turnen.

ik snap er niets van. hoe langer ik denk, hoe waarschijnlijker en onwaarschijnlijker tegelijk het lijkt te worden. onzekerheid. angst. twijfel. ik wil het niet denken, maar ik doe het toch, het positieve en het negatieve. weer die twijfel.

donderdag 26 februari 2015

de woonkamer is doodstil. iedereen is naar bed, een kat slaapt op mijn schoot en de zachtste muziek heb ik zojuist uitgezet. ik staar naar een kras op de eettafel, maar mijn hoofd is ergens anders. ik denk aan haar, en ik twijfel, twijfel en twijfel. ik cirkel rond in verwarring, begin bij het eind en eindig bij het begin. niets lijkt meer logisch, alle liedjes gaan te langzaam en slaap slentert tussen mijn oren. ik droom, maar waarvan?

maandag 16 februari 2015

een gedachte
een roering
jouw lach
mijn zucht
onze wijn
geen bier
onlogisch
en welkom
als zwartwit
en kleur
als klassiek
en punkrock
als qwerty
en azerty
als verweg
en bijziend
dichterbij
en verder weg

dinsdag 10 februari 2015

ik zie haar op schermen
ze is het, maar ze is het niet
en ik lach als een idioot
kan ik het?
durf ik het?
wil ik het?
zal het gaan?
vragen roeren in mijn hoofd,
en antwoord geven valt me zwaar
in woorden gaat het niet
laat staan in gedachten
ik voel het en dan voel ik het niet
en dan wel en ik twijfel

vrijdag 9 januari 2015

ik zit op de bank, kijk voor me uit,
mijn ogen vallen bijna dicht.
slaperig
uitgeput
uitgedacht
buiten regent het. 
ik weet het,
ik zie druppels vallen.
ik loop er in en ik voel het
maar ik word niet nat, niet nu. 

ik rookte gisteren, nu drink ik
alcohol aait mijn keel
maar de rook schraapt.
het steekt
mijn hoofd overstroomt.

mijn ogen prikken en het is nacht
en ik huil
uit het niets
waarom nu?
dan stopt het en ik voel me niet
erger of beter
dan ervoor
ik weet het niet.

zondag 4 januari 2015

de kust dichtbij,
land in zicht,
de zon zakt weg,
een vogelvlucht,
een harde wind,
de ramen dicht,
een laatste dag,
een laatste zucht.

slaap zacht, opa.