's nachts als de wereld tot rust komt, lijkt het juist aan me voorbij te razen. alleen ben ik en alleen voel ik me dan. alleen zit ik op de grond van mijn studio op een ikea-kleed dat in alle woonkamers van nederland ligt. zou er iemand zijn die zich nu voelt hoe ik me voel? iemand die me van binnen naar buiten begrijpt? soms begrijp ik mezelf niet eens. gevoel stroomt weg wanneer mijn liefdesobsessie zijn speren op me richt. dan voel ik me klein, kwetsbaar, als een flinterdunne muis van geblazen glas. hol van binnen met de flinterdunste wanden. laat me alsjeblieft niet vallen. bewaar me in plaats daarvan onder een stolp op een zijdezacht kussen. hou me vast tussen je armen en draag me naar je hart. maar raak me niet aan, nooit, altijd voorzichtig. als ik breek, ben ik nooit meer de oude. maar hoe erg is dat? leeg ben ik hoe dan ook. incompleet. een helft van een onbekend geheel. met mijn ogen dicht kan ik het goed visualiseren. overal is het donker. met mijn armen maai ik door de overweldigende, lege duisternis. als er iemand was, had ik diegene allang gevoeld. toch?
Posts tonen met het label binnen de muren. Alle posts tonen
Posts tonen met het label binnen de muren. Alle posts tonen
zaterdag 2 januari 2021
zondag 22 maart 2020
dinsdag 19 november 2019
“je hebt moeite met personen loslaten omdat je jezelf nooit echt gevoelens toelaat. dat weerhoudt je van het rouwen,” giste ze. en ze had gelijk. het tegenover haar toegeven was makkelijk. ik zou echter nog liever van een cliff springen dan haar gelijk aan mezelf voorleggen en accepteren, maar ze had inderdaad gelijk.
al mijn leven lang heb ik het moeilijk met mensen emotioneel laten gaan. ik stel me voor, fantaseer, verlang, mis en verkies altijd drama boven heling.
jij, lachend op de basisschool.
jij, liggend op bed in deventer.
jij, ver weg in halle.
jij, aan ons diner in antwerpen.
jij, voetballend in lunetten.
jij, genietend van muziek in ekko.
ik laat niemand echt gaan en hou iedereen krampachtig vast in mijn hart, terwijl die grip gebaseerd is op niets meer dan een overblijfsel van herinneringen. sentimenteel, noemen ze dat ook wel, geloof ik. als het kon, zou ik mijn herinneringen het liefst allemaal uitprinten op film en achter elkaar afspelen, als een hele lange film in een verlaten bioscoop.
jarenlang heb ik het zo gedaan, of beter gezegd volgehouden. dit voelt nu als een breekpunt, als de coach van een olympische sporter die roept, “het is nu of nooit!”. lijden of loslaten. maar wat nu als ik helemaal niet wil loslaten? van wie zal ik dan houden? het is tijd om te gaan zoeken. naar het begin, naar het waarom en naar een weg om het te kanaliseren. waar een wil is, is een weg. welke weg wordt de mijne?
maandag 26 augustus 2019
onder een helder blauwe lucht en wat voelde als een deken van warmte lag ik vandaag te denken. tien minuten lang was ik stil en dacht ik aan jou. wanneer je me ziet, zal ik nooit mijn cool verliezen al is de innerlijke paniek nog zo groot. iets aan jou trekt me aan en ik blijf je maar opzoeken. wanneer je tegen me praat, word ik stiekem zo gelukkig. ik denk dat je niet eens beseft dat je nog steeds in me zit. eergisteren zag ik je en praatten we weer. de dag ervoor droomde ik over je.
al met al blijf ik het verwarrend vinden. soms beeld ik me in dat we samen zijn en sta ik mezelf toe om even te verdrinken in een fantasie. wat zouden je ouders van me vinden? waar zouden we heen gaan op vakantie? hoe lang zou een knuffel duren? hoe zou je kussen? zouden we lang bij elkaar zijn? was je blijer geweest met mij dan met haar? het eindigt altijd triest. ik weet echt wel dat laten gaan de beste optie is, maar het wil maar niet lukken. ik geef te veel om je en ik begrijp niet meer waarom.
al met al blijf ik het verwarrend vinden. soms beeld ik me in dat we samen zijn en sta ik mezelf toe om even te verdrinken in een fantasie. wat zouden je ouders van me vinden? waar zouden we heen gaan op vakantie? hoe lang zou een knuffel duren? hoe zou je kussen? zouden we lang bij elkaar zijn? was je blijer geweest met mij dan met haar? het eindigt altijd triest. ik weet echt wel dat laten gaan de beste optie is, maar het wil maar niet lukken. ik geef te veel om je en ik begrijp niet meer waarom.
donderdag 21 juni 2018
ik wil drinken tot ik kots van verliefdheid
kapot gaan tot ik niet meer voel war ik wil voelen
slapen tot ik niet meer wakker kan worden
ik heb mezelf zielig, alleen, dom, naïef, onuitstaanbaar, wanhopig;
een zelfsaboteur gevonden.
maar was dit het nou?
is dit alles?
want dan wil ik niet meer, niet meer zo.
kapot gaan tot ik niet meer voel war ik wil voelen
slapen tot ik niet meer wakker kan worden
ik heb mezelf zielig, alleen, dom, naïef, onuitstaanbaar, wanhopig;
een zelfsaboteur gevonden.
maar was dit het nou?
is dit alles?
want dan wil ik niet meer, niet meer zo.
maandag 29 januari 2018
dagenlang denk ik nu steeds aan je. het is bijna een jaar geleden en ik mis je zo verschrikkelijk in mijn leven. ik durf het niet eens hardop te zeggen. zonder is beter, maar zonder lijkt alles onlogisch. onzinnig. krankzinnig. veel te graag en veel te vaak haal ik me van alles in mijn hoofd en laat ik het daar ronddrijven. keer op keer, totdat ik mezelf weet te overtuigen dat zonder echt beter is. loslaten is makkelijk, maar uit het oog verliezen lukt me nog niet.
maandag 4 december 2017
o nee. o nee o nee o... ja? o nee. o nee o nee.
je geeft me alles wat ik niet gewend bent. hartkloppingen. zenuwen. woorden die verdwaald raken en ergens anders opduiken. lachen. een schouderstoot. intensiteit. een energie die ik niet ken.
ik voel je zo dichtbij, maar toch lijken we elkaar nooit te raken.
of juist wel?
scenario's bedenken ben ik een ster in, maar realisaties laten zich koud. misschien durf ik wel niet meer, nee is nee. o nee o nee o nee. niet weer. het is zo eng. huilen en lachen tegelijk: een verward hart. nee.
je geeft me alles wat ik niet gewend bent. hartkloppingen. zenuwen. woorden die verdwaald raken en ergens anders opduiken. lachen. een schouderstoot. intensiteit. een energie die ik niet ken.
ik voel je zo dichtbij, maar toch lijken we elkaar nooit te raken.
of juist wel?
scenario's bedenken ben ik een ster in, maar realisaties laten zich koud. misschien durf ik wel niet meer, nee is nee. o nee o nee o nee. niet weer. het is zo eng. huilen en lachen tegelijk: een verward hart. nee.
zondag 22 oktober 2017
zondag 3 september 2017
vijf maanden later denk ik eigenlijk nog steeds aan je. veel te vaak, als je het mij vraagt. je spookt door mijn hoofd als een echo die niet wegvalt. een stoorzender aan de telefoon. een mug als ik net wegdroom.
ik vraag me wel eens af of je nog aan mij denkt. mis je me? heb je spijt? haat je me? vergeet je me? voel je niets? alleen maar vragen.
ik mis je, maar niet meer zoals vroeger. zoals vroeger, toen er nog iets was. ik wil niet, maar onbewust zoek ik je op. probeer je echo in mijn oren te vangen. laat ik me afleiden van het gesprek.
van alles naar niets valt me zwaar. en je prikt me steeds opnieuw.
ik vraag me wel eens af of je nog aan mij denkt. mis je me? heb je spijt? haat je me? vergeet je me? voel je niets? alleen maar vragen.
ik mis je, maar niet meer zoals vroeger. zoals vroeger, toen er nog iets was. ik wil niet, maar onbewust zoek ik je op. probeer je echo in mijn oren te vangen. laat ik me afleiden van het gesprek.
van alles naar niets valt me zwaar. en je prikt me steeds opnieuw.
donderdag 25 mei 2017
maandag 3 april 2017
er is een week gepasseerd sinds het gebeurd is en ik voel me beter en erger tegelijk. keer op keer komt op ongevraagde momenten het besef opnieuw binnen. dan volgen er tranen, nee-schudden, weigeren, onder ogen zien en vermanen. om het daarna een paar uur later vervolgens opnieuw te ondergaan. ik vind het moeilijk naar buiten te gaan, normaal dingen te doen. me tussen blije of ten minste opgewekte mensen begeven. het is zo. alles in mijn leven is een beetje van haar. dat gebeurt er als je zo lang vrienden was. en dan fiets ik eenmaal buiten en ik kijk wel om me heen, maar ik zie niets. alle verbindingen die er waren, zijn vervallen. het stoplicht op rood, de ondergaande zon, het rimpelende water in het kanaal. het is er en ik kijk er naar, maar ik zie het niet. was zij er ooit geweest?
het is mijn derde kop thee van de dag en ik bedenk me dat ik verbazingwekkend weinig heb gegeten. twee boterhammen en een beetje chips. ik vergeet te eten, misschien wel met opzet. naar de wc gaan stel ik uit, tot ik echtechtecht moet, en dan word ik geconfronteerd met mijn eigen spiegelbeeld. ik zie eruit als een puinhoop, waarna ik besef dat mijn leven nu ook een puinhoop is. het verbaast me daarom ook niets. en dan begint het opnieuw. tranen, nee-schudden, weigeren, onder ogen zien, vermanen. een week. 8,5 jaar.
het is mijn derde kop thee van de dag en ik bedenk me dat ik verbazingwekkend weinig heb gegeten. twee boterhammen en een beetje chips. ik vergeet te eten, misschien wel met opzet. naar de wc gaan stel ik uit, tot ik echtechtecht moet, en dan word ik geconfronteerd met mijn eigen spiegelbeeld. ik zie eruit als een puinhoop, waarna ik besef dat mijn leven nu ook een puinhoop is. het verbaast me daarom ook niets. en dan begint het opnieuw. tranen, nee-schudden, weigeren, onder ogen zien, vermanen. een week. 8,5 jaar.
maandag 27 maart 2017
dinsdag 20 december 2016
ik had de ergste nacht. ik lag in bed en het moment dat ik de deken over me heen trok, werd ik overspoeld door angst. waarvoor? ik heb geen idee. ik kon niet slapen, starend naar de plek waar normaal gesproken de digitale tijd op de magnetron tikt. die dek ik altijd af, omdat het zo fel is. ik draai op mijn linkerzij, rechterzij, rug, bijna-buik, maar het helpt allemaal niet.
ik pak mijn gitaar maar van de bank, een van de weinige dingen die me kalmeert,
als ik zes uur later wakker word, heb ik naar gedroomd. over iemand die ik ken die dood is, die plotseling gewelddadig was geworden. angst. en ik moet naar de wc.
drie en een halfuur later ontwaak ik nogmaals, dit keer weer van een verontrustende droom. terrorisatie, evacuatie, frustratie. verdwaling. al die dingen tegelijk en ik wist niet wat ik moest doen.
ik pak mijn gitaar maar van de bank, een van de weinige dingen die me kalmeert,
als ik zes uur later wakker word, heb ik naar gedroomd. over iemand die ik ken die dood is, die plotseling gewelddadig was geworden. angst. en ik moet naar de wc.
drie en een halfuur later ontwaak ik nogmaals, dit keer weer van een verontrustende droom. terrorisatie, evacuatie, frustratie. verdwaling. al die dingen tegelijk en ik wist niet wat ik moest doen.
dinsdag 22 november 2016
ouder worden
tijd voor een directe post.
ik wil hier eens schrijven, dit keer niet over liefdesperikelen, maar over ouder worden en dat erkennen. of eigenlijk het niet durven te erkennen. ouder worden valt onder vergankelijkheid en is een van die dingen waarvan je niet kunt voorkomen dat ze gebeuren. elke nanoseconde wordt je ouder, hoewel ik daar weinig van merk. nu ik terugkijk op de afgelopen vijf jaar is er wel choquerend veel gebeurd. ik ronde een opleiding af, stopte met een opleiding, twee banen begonnen – een vrijwillige en een betaalde, nieuwe vrienden gevonden, oude vrienden achtergelaten, liefde gevonden en liefde gelaten, gejankt, gedanst, gelachen, gedronken, gefrustreerd in bed gewoeld boos en verliefd geweest op de wereld. al die dingen.
ik ben niet bang voor ouder worden. in tegendeel, ik kijk er ergens wel naar uit. ik ben zo'n iemand die graag luistert naar de persoonlijke filosofieën van mensen, en velen zeggen dat ouder worden als een bevrijding kwam. geen stompzinnige twijfels meer over van-alles-en-nog-wat, geen persoonlijke crisissen meer over je armzalige liefdesleven; alles leek makkelijker in vrijwel eenieders ogen. daar verlang ik naar, een makkelijk leven waar ik emotioneel stabiel ben en geld heb.
maar het is gevaarlijk om dit alles te wensen. het spreekt namelijk precies tegen waar ik wèl bang voor ben: een volwassenencliché worden en het plaatje volgen waar vrijwel elke volwassene zich bewust en onbewust aan houdt. dit houdt voornamelijk de volgende dingen in:
- een stabiele baan
- een partner (optioneel)
- een eigen woning op één plek
- een strijkplank
- een trip naar de albert heijn op donderdagmiddag
ik weet niet precies waar die angst vandaan komt. het uniek willen zijn wellicht. dat is iets wat in iedereen zit, en ironisch genoeg ben ik daar geen uitzondering op. (daarom verklaren mensen de liefde ook doormiddel van zinnen als "ik heb nooit iemand zoals jij ontmoet" of "jij bent anders dan alle anderen".)
talloze keren had ik gewenst dat ik graag een of ander bijzonder talent had waarmee ik kon uitblinken op school. dat ik dan werd getipt door een leraar en gescout door een agent en daarmee beroemd werd. schrijven, zingen, dansen, of fotografie zoals geprobeerd op mijn vorige opleiding. niets is daarvan echt gebeurd. wel heb ik nu een baan die ik leuk vind, een huis dat ik mooi vind en ja, koken doe ik inderdaad graag. vergeleken met een leven on the road is dat natuurlijk wel ontegenzeggelijk saai en statisch als maar kan. vast komen te zitten in de stad waar je woont, de kleine carrière die je maakt en de vriendenkring die je hebt, kan ik niet anders beschouwen dan de ultieme dood van je leven. echt.
een trieste tweedeling is het wel. een spannend en dynamisch leven leiden, maar aan de andere kant ook verlangen naar een vast patroon zonder verrassingen. waarschijnlijk blijf ik ouder worden met die tweedeling voor eeuwig in mijn hoofd geprint, denkend aan de volgende quote:
"when you grow up, your heart dies." – allison, the breakfast club
vrijdag 12 augustus 2016
gevangen tussen de golven
was dit het ergste?
ik voelde tenminste iets
het liefste zou ik verdwijnen
in het niets zomaar
oplossen in de donkere lucht
zo'n gekke gedachte is het nog niet
ik dacht dat ik land zag
in de verte of was het toch
de angst dat het nooit zal zijn
geef het tien jaar en drie dagen
en ik droom nog steeds van aanspoelen
was dit het ergste?
ik voelde tenminste iets
het liefste zou ik verdwijnen
in het niets zomaar
oplossen in de donkere lucht
zo'n gekke gedachte is het nog niet
ik dacht dat ik land zag
in de verte of was het toch
de angst dat het nooit zal zijn
geef het tien jaar en drie dagen
en ik droom nog steeds van aanspoelen
woensdag 20 juli 2016
al·leen·staand (bijvoeglijk naamwoord)
ik schrijf hier vaak dat er weinig dingen zo afgrijslijk zijn als de liefde. misschien schrijf ik er ooit genoeg over dat ik ooit bekwaam ben om liefdesfilosoof te worden en lezingen te geven in een obscure tent op lowlands, wie weet.
ik heb zo'n gruwelijke hekel aan de liefde dat, wanneer ik er te lang over peins, ik hoofdpijn krijg en een lange tijd naar hersenloze tv – bijvoorbeeld say yes to the dress – moet kijken om tot rust te komen.
ik haat het wanneer mensen elkaar grondig op straat aflebberen zodat ze mondinfecties kunnen voorkomen. (of nog erger: aansteken!)
ik haat het dat telkens wanneer ik er met iemand iets leuks van probeer te maken, het voorspelbaar tragisch afloopt.
ik haat het dat ik nog steeds single ben.
ik haat valentijnsdag, dat totaal gruwelwaardig is voor iedereen die single en cynisch is.
ik haat het wanneer mensen zeggen dat "mijn tijd nog wel komt", "de ware juist verschijnt wanneer je dat het minst verwacht" en "ze niet snappen hoe ik nog single ben". die mensen zijn daadwerkelijk vermoord door cupido.
en er is een verklaring voor dit alles:
doordat ik zo lang onsuccesvol in de liefde ben geweest, ben ik het gaan verafschuwen. ik ben er zo schuw en bang voor geworden de afgelopen jaren. een klein kind in een oorlogsgebied dat vreest voor weer een terroristische aanval. alleen in de krochten in mijn hart weet ik dat het onvermijdelijk is.
heb ik geen relatie? dan verlang ik er natuurlijk naar een. alleen zodra het te dichtbij komt, krijg ik last van bindingsangsten omdat ik er vanuit ga dat het toch weer snel uitgaat. (ik geloof dat dus eigenlijk verlatingsangsten zijn, maar ik heb het niet feitelijk gecheckt). ik gruwel van kussende mensen op straat omdat ik diep van binnen het mis, en ik zou zo graag bloemen voor iemand kopen. alleen heb ik dus geen lief. een normaal mens zou kunnen zeggen dat ik bitter ben geworden.
ik hoor vaak van veel mensen die in een relatie zitten dat ze hun alleenstaande leven missen. dat ze jaloers zijn op mensen die hun lekkere bed helemaal voor zichzelf alleen hebben, geen ruzie hebben over ikea-kasten die gefixt moeten worden, en op vakanties kunnen gaan en staan waar ze willen.
tijd voor wat opheldering om deze jaloersheid tegen te werken.
ja, het is inderdaad zo dat het single-leven bestaat uit die genoemde dingen, en als je geluk hebt ook uit leuke sjans op feesten. in mijn geval is dat helaas niet zo, want ik weet niet (of heb nooit geleerd) hoe je moet flirten. geen idee. daarbij ben ik vaak te moe om van mijn ruime bed te genieten, heb ik al te veel meubels om te plaatsen en – nou ja, alleen op vakantie gaan is inderdaad aan te raden. maar dat is ook het enige voordeel.
nee, voor de rest is alleen zijn geen pretje.
ik ben er cynisch maar bang van, en nog steeds alleen.
ik heb zo'n gruwelijke hekel aan de liefde dat, wanneer ik er te lang over peins, ik hoofdpijn krijg en een lange tijd naar hersenloze tv – bijvoorbeeld say yes to the dress – moet kijken om tot rust te komen.
ik haat het wanneer mensen elkaar grondig op straat aflebberen zodat ze mondinfecties kunnen voorkomen. (of nog erger: aansteken!)
ik haat het dat telkens wanneer ik er met iemand iets leuks van probeer te maken, het voorspelbaar tragisch afloopt.
ik haat het dat ik nog steeds single ben.
ik haat valentijnsdag, dat totaal gruwelwaardig is voor iedereen die single en cynisch is.
ik haat het wanneer mensen zeggen dat "mijn tijd nog wel komt", "de ware juist verschijnt wanneer je dat het minst verwacht" en "ze niet snappen hoe ik nog single ben". die mensen zijn daadwerkelijk vermoord door cupido.
en er is een verklaring voor dit alles:
doordat ik zo lang onsuccesvol in de liefde ben geweest, ben ik het gaan verafschuwen. ik ben er zo schuw en bang voor geworden de afgelopen jaren. een klein kind in een oorlogsgebied dat vreest voor weer een terroristische aanval. alleen in de krochten in mijn hart weet ik dat het onvermijdelijk is.
heb ik geen relatie? dan verlang ik er natuurlijk naar een. alleen zodra het te dichtbij komt, krijg ik last van bindingsangsten omdat ik er vanuit ga dat het toch weer snel uitgaat. (ik geloof dat dus eigenlijk verlatingsangsten zijn, maar ik heb het niet feitelijk gecheckt). ik gruwel van kussende mensen op straat omdat ik diep van binnen het mis, en ik zou zo graag bloemen voor iemand kopen. alleen heb ik dus geen lief. een normaal mens zou kunnen zeggen dat ik bitter ben geworden.
ik hoor vaak van veel mensen die in een relatie zitten dat ze hun alleenstaande leven missen. dat ze jaloers zijn op mensen die hun lekkere bed helemaal voor zichzelf alleen hebben, geen ruzie hebben over ikea-kasten die gefixt moeten worden, en op vakanties kunnen gaan en staan waar ze willen.
tijd voor wat opheldering om deze jaloersheid tegen te werken.
ja, het is inderdaad zo dat het single-leven bestaat uit die genoemde dingen, en als je geluk hebt ook uit leuke sjans op feesten. in mijn geval is dat helaas niet zo, want ik weet niet (of heb nooit geleerd) hoe je moet flirten. geen idee. daarbij ben ik vaak te moe om van mijn ruime bed te genieten, heb ik al te veel meubels om te plaatsen en – nou ja, alleen op vakantie gaan is inderdaad aan te raden. maar dat is ook het enige voordeel.
nee, voor de rest is alleen zijn geen pretje.
ik ben er cynisch maar bang van, en nog steeds alleen.
maandag 15 februari 2016
al twee dagen voel ik me zo dieptriest. ik weet niet hoe of waarom maar het gebeurt gewoon. alles is een overlading. zo veel. ik let niet op mezelf en ik huil zonder reden. zelfs op mijn kamer zitten en aan alles denken is al te veel. ik overspoel. zonder reden zei ik? misschien weet ik wel waarom en durf ik niet toe te geven. misschien weet ik het echt niet. denk ik dat de leugen waar is en de waarheid een leugen. wat doe ik dan hier?
echo.
galm.
stilte.
echo.
galm.
stilte.
zondag 13 december 2015
vrijdag 27 november 2015
ik denk vaak dat zij de enige zal zijn. ooit de enige. iets met een lange tijd, geen leven zonder haar en ook iets met kinderen. dit is zo eng. ik kan het me alleen bij haar voorstellen, bij niemand anders. misschien weet ik niet beter, wie weet. ik weet dat ik dit niet zou moeten denken. alsof dit ooit iets zou worden. alsof. dit is niet leuk meer en ik ben het zat.
wanneer zou het over zijn?
als ik haar heb gezien?
als ze me afwijst?
nog een keer?
als ik haar heb gekust?
ik wil dat alles zal gebeuren, en tegelijkertijd dat niets ooit was gebeurd.
stomme liefdeskronkels.
wanneer zou het over zijn?
als ik haar heb gezien?
als ze me afwijst?
nog een keer?
als ik haar heb gekust?
ik wil dat alles zal gebeuren, en tegelijkertijd dat niets ooit was gebeurd.
stomme liefdeskronkels.
donderdag 5 november 2015
ik sta buiten, te schuilen voor de regen en ik rook. ik wilde eigenlijk niet roken vandaag, maar nu doe ik het toch. ik kijk naar het straatlicht dat staat weerspiegeld in de plas water voor mijn voeten. een gele vlek drijvend in het niets, een oneindig stuk zwart. een angst bekruipt me en ik weet niet waarom. over haar. het duurt alweer te lang. wanneer stopt het? ik neem nog eens een hijs en voel mezelf leger worden terwijl ik overloop. te veel en te weinig tegelijk. ik denk maar ik moet niet denken. wat doe ik? ik weet het niet.
Abonneren op:
Posts (Atom)